(valentijn op de plee)
Dag: 18 januari 2018
Een nonchalante pet zou je niet misstaan
of een hoed met sluier van wuivend riet waar
het licht zich door heen speelt
De helm die je draagt laat geen lucht door
grimas die je trekt voor even
Ik proef je leven
tast met iets wat op schroom lijkt je verlangen af
Weet dat ik je luister
overal waar we rivier worden
Dat ik, hoe pijnlijk ook, blijf geloven
hoe wreed, hoe zeer, hoe triest wij met zijn allen zijn
We nooit zullen begrijpen waarom
wetenschap een tijdelijk anker
geloof de nar die er zelf ook niets meer over wil horen
Wij Goden verzoeken en niet gehoord worden
onvolmaakt zijn zonder schroom
Omdat lieveling er geen hoop bestaat
geluk een monster waar niets te halen valt
gevoed door haat omdat onmacht zoveel erger voelt
Hier op dit stukje land
in ons huis, deze kamer,
op dit bed telt
Gedicht en zelfportret: Astrid
schuifaf
joelend schoof het jongetje
de schoonheid af en plons
daar lag het in de brij
op de speeltuin staat
een dichte huizenrij
in een daarvan woon jij
⇐ vorige woestenij | volgende woestenij ⇒ |